Contrast is een heel belangrijk uitgangspunt bij het schilderen. Licht ontstaat pas naast donker, warme kleuren zie je pas goed naast koude kleuren en ook vormen kunnen met elkaar contrasteren. In dit kleine stilleven van twee schelpen wordt een stekelig en mat oppervlak naast een gladde en glanzende vorm gezet. Tegen de warme ondergrond steken de schaduwen juist koel af. Gebruik een goede lamp van opzij om de vormen, kleuren en schaduwen duidelijk zichtbaar te maken.
1. Ondertekening
Om de twee contrasterende vormen goed tot hun recht te laten komen, maak je eerst een duidelijke ondertekening in potlood. Door dit te doen bestudeer
je de vormen goed en begrijp je de vormen beter. Na afloop gum je een deel weg,zodat het grafiet niet met de verf gaat mengen.
2. Slagschaduw
Op de bijna uitgegumde tekening (natuurlijk wel nét genoeg potlood laten staan) breng je eerst de slagschaduwen van de schelpen aan. Ook deze
schaduwen hebben een heel tegengestelde vorm: vloeiend en glad tegenover grillig. Voor een mooi kleurcontrast met de rest breng je de schaduwen
met paars-blauwe verf aan.
Auteur: Menno Balm
Lees het hele artikel in Atelier # 205 | maart/april 2020
© Uitgeverij Arti B.V.2024
