Het is winter. De wind heeft vrijwel al het blad van de bomen en struiken getrokken, maar toch zijn ze er nog: rozen. Zelfs nog knoppen. De bloem van de liefde houdt het lang uit. Soms zie je ze zelfs met een randje rijp. Boven een oude muur reiken twee rozen naar het laatste licht. Hun wit sprankelt in de zon en vormt een stoer contrast met de donkere tint van de stenen. De knoppen zijn roze, als de lipjes van een kind. Tussen de aardse herfsttinten zien ze er heel feestelijk uit. Een uitnodiging om te schilderen.
1. Warme kleuren
Het geheel moet een verweerde sfeer krijgen. Er is immers heel wat tijd voorbijgegaan sinds de roos uitliep in het voorjaar. Voor een warme gloed start je met warme kleuren als basis. Hier is gekozen voor diverse roden en oranje tinten. Na droging overschilder je het geheel met diverse blauwen. Werk snel en gebruik royaal verf zodat het langer nat blijft. Zodra de kleur erop staat schraap je hem gedeeltelijk weg met een paletmes waardoor de basis weer tevoorschijn komt.
2. Groenen mengen
Dit proces herhaal je zo vaak als je nodig vindt. Neem een brede spalter, gebruik een fors palet, meng een aantal groenen, gebruik geen water en breng de verf nogmaals over het hele oppervlak aan. Laat het nu een beetje drogen en spat er dan water op.
Auteur: MARJON DEN ENGELSMANK
Lees het hele artikel in Atelier # 210 | januari/februari 2021
© Uitgeverij Arti B.V.2024
