Pasteltekenen is eigenlijk werken met een bijna puur pigment. De tekeningen zijn vaak intens en soms wat onnatuurlijk van kleur. Dit kan een keuze zijn, maar heeft ook te maken met de materiaalmogelijkheden; ondanks dat je kunt mengen, heb je toch voor iedere tussenkleur of iedere toon bijna een ander krijtje nodig.
1.KRIJTJES EN POTLODEN
De betere pastelkrijtjes bestaan uit lange staafjes die samengeperst worden met een bindmiddel: gom. Het komt soms voor dat een toevoeging van (bijvoorbeeld) kalk of gips heeft geleid tot het begrip ‘pastelkleur’: minder verzadigde kleuren met een zacht witte ondertoon.
Echter, de goede pastels bestaan uit puur pigment en zijn bijzonder verzadigd van kleur. Naast de zachte staafjes zijn er ook hardere pastelpotloden verkrijgbaar.
2. MENGEN EN PLAATSEN
Alhoewel er met pastel goed gemengd kan worden, bestaat het tekenen in principe uit het plaatsen van kleuren in de (redelijk) juiste verzadiging en toon over of naast elkaar. Dit kan eigenlijk alleen als je over een groot assortiment krijtjes beschikt. Bovendien maakt het de techniek gelijk kostbaar. Vooral als je snel en direct werkt, wil je niet lang en veel moeten mengen.
Auteur: Eric Schutte
Lees het hele artikel in Atelier # 206 | mei/juni 2020